Menig toerist of onbekende blijft er even staan, en zeker als je het Lang Grachtje in oostelijke richting afloopt, valt het direct op: Er zit een enorme scheur in het monumentale pand van het Regionaal Historisch Centrum Limburg. De stenen kozijnen lijken zo naar onderen te kunnen vallen, ware het niet dat de onderste nog aan een kant aan het gebouw bevestigd is. Het is een aandachtstrekker, maar dient niet alleen dat doel.
De Latijnse spreuk zet aan tot nadenken. NON SUM QUALIS ERAM. Ik ben niet zoals ik was. Gaat dit over het gebouw? De scheur is immers nieuw. Maar de hele gevel heeft al meerdere aangezichten gehad. Of gaat de spreuk over de archieven? Of misschien wel over de toeschouwers zelf? De een blijft er wat langer bij staan, de ander loopt na even gekeken te hebben weer door. De scheur is in ieder geval vast onderdeel van het straatbeeld geworden.
De twist
Dat betekent niet dat iedereen instemde toen de scheur tijdens de grootscheepse verbouwing van het (toenmalige) Rijksarchief Limburg in 1994 verscheen. De buurt en verschillende Maastrichtenaren waren absoluut niet gecharmeerd van deze ‘aantasting’ van het straatbeeld, en van het monumentale Rijksarchief, die al sinds 1881 daar gevestigd was. De architect, Marc van Roosmalen, kreeg een ‘golf van emotie’ over zich heen uit de buurt. Bij sommige bewoners riep de scheur zelf associaties met de Tweede Wereldoorlog op. Alsof de scheur een wond was uit een ander tijdperk.
De scheur in aanbouw
Uiteraard was dit alles niet de bedoeling van de architect. Met het openbreken van de vleugel wilde hij allereerst de loop van de oude stadsmuur accentueren, en daarmee een verbinding maken tussen het verleden en het heden. De vleugel van het gebouw staat namelijk haaks op de oude stadsmuur. Als men het Lange Grachtje in oostelijke richting afloopt, kun je de muur helemaal volgen - tot de Sint Pieterstraat. Daar is die ruwweg afgekapt. Met de scheur wordt de ligging van de oude muur toch prijsgegeven. Sterker nog, in de binnentuin van het RHCL (naast de ingang), kan in een greppel de fundamenten van de oude muur bezichtigd worden. De muur loopt dus weer door!
Ook het gesloten en afwerend karakter van het gebouw speelde mee. Dit staat namelijk in tegenspraak met zijn openbare, dienstbare functie. En een van de meest beeldende taken, het restaureren van oude oorkonden zou met de scheur voor het publiek zichtbaar worden. Op de onderste etage bevindt zich namelijk het restauratieatelier.
Een derde belangrijke reden om de gevel open te breken was de historische authenticiteit van de vleugel. Die had die namelijk niet meer. Van 1936 tot 1941 heeft architect Hans de Lussanet de Sablonière het pand grondig onderhanden genomen. Daarbij bleef van de westelijke vleugel alleen de gotische gevelwand aan de kruisgang gehandhaafd, maar voor het overige zou de achttiende-eeuwse situatie worden gereconstrueerd. Dit betekent dat die vleugel tot de grond toe is afgebroken en op de stokoude funderingen opnieuw opgebouwd. Daarnaast heeft de vleugel in de lange geschiedenis daarvoor al veel verschillende aangezichten gehad, waarbij de scheur een laatste in een lange rij veranderingen is geweest.
Gelegaliseerd vandalisme?
Opstand
Een verandering die echter niet onopgemerkt bleef. In 1994 vonden een of meerdere buurtbewoners het genoeg. Er moest een statement gemaakt worden. Dus gingen ze aan de slag met pen en papier. Het resultaat was een duidelijke boodschap: de scheur is een aantasting die niet plaats had moeten vinden. Tweemaal heeft er op de glasplaat die achter de scheur was gezet een poster gehangen met duidelijke taal: Het was ‘monumenten mishandeling’ en ‘gelegaliseerd vandalisme.’ Het is echter niet bekend of deze actie vervolg dan wel weerklank heeft gehad. Misschien dacht de buurt dat ze er toch niks aan konden doen. Of misschien zijn ze, net als de toevallig voorbij slenterende toerist, geïntrigeerd geraakt door de diepere betekenis van de scheur en zijn begeleidende tekst. Ik ben niet zoals ik was. In zekere zin geldt dat voor ons allemaal.
Monumentenmishandeling?
Hoewel het RHCL een beetje zit weggestopt, onthuld de scheur een historische bedrijvigheid. In een tijd waarin archieven steeds meer digitaal en opener worden mag dat ook wel. Sinds kort staat er zelfs een poster aan de binnenkant van de scheur. Niet een met kritiek daarop, maar een met een uitnodiging naar binnen toe. De opstand om de scheur was van korte duur.
Auteur: Tim Sijbers
Bronnen:
- Andre Lammerse, Scheur wijst de weg naar rijksarchief, ‘De Volkskrant’ (24-10-1996) zie: https://tinyurl.com/yd6tt9qr.
- Guido Corten, Rijksarchief Limburg geeft verleden weer toekomst , ‘ABP-Wereld’ 95/2 (Heerlen 1995) p. 30-33.
- Jaap Huisman, De scheur waar Maastricht nog aan moet wennen, ‘ De Volkskrant’ (28-02-1995) zie: https://tinyurl.com/ybjbd498.
- P.E. Spijkerman, Het Rijksarchief Limburg : een nieuwe huisvesting voor het RAL in Maastricht (Den Haag 1996).
- Fotocollectie RAL / RHCL.
- Medewerkers RHCL.