Wie de geschiedenis van Maastricht en ook St. Pieter bestudeert kan niet om Godefridus Augustinus Collette heen. In de handschriftencollectie van zowel het voormalige Gemeentearchief als het voormalige Rijksarchief (bij het RHCL) bevinden zich veel werken van zijn hand. Allerlei Latijnse juridische werken, beschrijvingen van de stad Maastricht en het werk ‘De vrijheid van Sint Pieter’ geven een indrukwekkend beeld van de schrijflust en de historische belangstelling van Collette. Hij was ook zeer secuur als het aankwam op de bruikbaarheid van zijn handgeschreven naslagwerken. Nagenoeg elk handschrift is gepagineerd en aan het einde geïndiceerd. Daarbij verluchtte hij zijn werken soms met kleine tekeningetjes of uitgeknipte, ingekleurde afbeeldingen.
Godefridus Augustinus Collette
Collette (1672-1755) was onder meer Luikse vice-hoogschout van Maastricht en schout van Sint Pieter. In die rol was hij natuurlijk dicht betrokken bij de vele belangrijke gebeurtenissen in deze plaatsen. Collette trouwde in 1695 met Elisabeth Godding en kreeg met haar vier kinderen. Elisabeth stierf drie dagen na de geboorte van het laatste kind in 1708. Verder was Collette geschoold in de beide rechten (wereldlijk en canoniek), ook wel een ‘juris utriusque licentiatus’ genoemd. Daarnaast wordt hij in enkele jaartallen als schepen en lid van de gezworen raad van Maastricht genoemd, was hij meier van de laathof van Rosmeer (vallende onder het kapittel van St. Servaas) en schepen van Berg vanaf 1694 tot zijn dood.
Vanaf die tijd had hij een groot buitengoed in St. Pieter waar hij een gedeelte van het jaar doorbracht. Dit goed, gelegen aan de voet van de Sint Pietersberg, is echter in 1747 afgebroken geworden. De angst was namelijk dat de Franssen, die Maastricht kwamen belegeren, zich in Sint Pieter zouden vestigen en het buitengoed zouden opeisen. Om dat te voorkomen werden meerdere huizen afgebroken, waaronder dat van Collette. De deken van het kapittel van St. Servaas, genaamd Godding (een neef van Collette) zou het huis later weer hebben opgebouwd, maar het zou niet meer zo groot en prachtig zijn als voorheen.
Het huis van Collette aan de voet van de Pietersberg,
RHCL, collectie Spee, JS-00045, auteur: Jan Spee
Vrije uurtjes
De kennis die Collette in zijn boeken tentoonspreidt zal vaak uit eigen omgeving en ervaring gehaald zijn. Maar kennelijk had hij naast zijn belangrijke posities en het schrijven van dikke, serieuze werken nog wat tijd over. In onze archieven ligt namelijk nog een werk van Collette dat een geheel andere kant van hem laat zien. Een werk waar hij waarschijnlijk jaren over heeft gedaan, en meer een plezierige bijzaak was dan pure noodzaak. In zijn vrije uurtjes verzamelde Collette allerlei leuke wetenswaardigheden bijelkaar. Bedoeld als een net iets ander naslagwerk dan de rest van zijn oeuvre. De volledige titel van het werk geldt dan ook:
Titelpagina uit 'De Leedige Uren'
‘De leedige uren ofte den vermaeckelijcken noijt-still bestaende in allerhande aerdige cluchten, vertelselen, beduijtselen, raetzelen, graffschriften, anagrammata, enigmata etc. seer dienstigh om de beswaarde hooffden te verlichten en noeijt still te wesen, uijtgevonden ende uijt alle hoecken en boecken bijeen vergadert door (G.A. Colette)’
Collete’s boekwerk met ‘Dobbele index’
Het boekwerk is in twee delen opgesplitst en heeft een doorlopende nummering voor zowel de pagina’s, als de zogenoemde ‘vertelsels.’ Per deel is achteraan een ‘Dobbele index’ te vinden, alfabetisch op onderwerp en nummer van de vertelsels. Hoewel sommige vertelsels per onderwerp na elkaar te vinden zijn, lijkt het verder een totale willekeur waar welk soort vertelsel staat ingeschreven.
Daar is uiteraard de index dan ook voor. Want of je nou wilt weten wat er op het graf van een hovenier zou staan, welk bier het beste smaakt, welke andere woorden je kunt spellen met ‘Paulus’, waarom iemand schoenmaker zou worden en welke soorten geheimschrift er zijn, het is via de index terug te vinden!
Wetenswaardigheden - voor ieder wat wils
Collette schrijft zijn wetenswaardigheden voornamelijk in het Nederlands, maar ook in het Frans en Latijn. Waar het kan heeft hij sommige vertelsels versierd met een uitgeknipte afbeelding. Zo staat er bij een versje over dronkaards een man op een ton te drinken, en bij het verhaal over hoge bomen een boom die een kwart van de bladzijde bedekt. De afbeeldingen lijken allemaal uit dezelfde bron te komen, door eenzelfde teken- en kleurstijl. Op de eerste bladzijdes van het eerste deel zijn al gelijk paginagroot een prachtig wapenschild en twee jachtscenes te zien. Daarna volgt een zogenaamd 'acrostichon' (lettervers) van zijn eigen naam. Met elke letter van de naam ‘Godefroy Augustin Collette’ is een regel van een vers geschreven in het Frans. Deze lijkt de lezer vooral te willen wijzen op een goed en deugdzaam leven.
Vers over dronkaards
‘Het oorkussen van den duijvel’
Het boek is echter niet zomaar als bijkomstigheid geschreven. Het doel van de ‘leedige uren’ is om juist die stille momenten te verdrijven. Want, zo schrijft Collette op pagina 1, de 'leedigheijdt is het oorkussen van den duijvel’. Op die tijden wil hij het liefst toeslaan. Het daarna volgende versje geeft dan ook duidelijk aan hoe dat te voorkomen:
‘Sit dan op uwe bill
en leest desen noeijt-still
soo passeert meenig grill
die men heeft tegens will’
Bij het lezen van zijn werk val je van het ene vertelsel in de andere. Of het nou gaat om wetenswaardigheden (in het jaar 777 was er 17 dagen lang geen licht), dagelijkse voorvallen uit zijn leven, een lijst met verkeerd uitgesproken woorden, magische (wiskundige) vierkanten, raadsels, moppen en nog veel meer. Genoeg om die anders verspilde uren op te vullen!
Het wapen van de ‘Collettes’ en de ‘Goddings’
Het mooiste en opvallendste stuk uit het boek is het eerder genoemde wapenschild op de eerste pagina. Het beeldt het wapen van de Collettes van Maastricht af, in combinatie met het wapen van de familie Godding, dat echter incompleet is. Erboven prijkt de spreuk ‘Robore et Constantia’, wat zoveel betekent als ‘Sterkte en Standvastigheid.’ Iets wat misschien voor hun huwelijk moest gelden, maar wat Collette ook zeker in zijn werk en zijn ‘leedige uren’ liet blijken!
Wapenschilden van de familie Collette en Godding
Auteur: Tim Sijbers, RHCL, mei 2018
Bronnen:
- RHCL, 22.001A - Handschriftencollectie (voormalig) Gemeentearchief Maastricht (14de-20ste eeuw), inv.nr. 157
- Jos Eversen, Eenige bizonderheden over den Vice-Hoogschout COLLETTE te Maastricht, ‘De Maasgouw. Orgaan voor Limburgsche Geschiedenis, Taal- en Letterkunde’, XXXIV (1889) p. 129-130
- J.B. Rietstap, Armorial général (Lyon, 1950)